V&VN gaat gebukt onder Calimerocomplex

De beroepsvereniging van verpleegkundigen en verzorgenden is trots. Op 24 september presenteerde zij een ‘Wetenschappelijk College Verpleegkunde V&VN.’ Sonja Kersten, directeur V&VN, licht dit toe: ‘Als je de hoeveelheid wetenschappelijke literatuur van de medisch specialistische zorg vergelijkt met die van de verpleegkundige zorg, schrik je je lam. We hebben echt een inhaalslag te maken.’ Zelden zag ik zo’n mooie illustratie van het Calimerocomplex. Voor de jonge lezers onder ons: Calimero is een zwart kuikentje met op zijn koppie een eierdop. Het kuiken speelt de hoofdrol in een tekenfilmserie die begin jaren zeventig werd uitgezonden door de Tros. Calimero roept voortdurend: ‘Zij zijn groot en ik is klein en da’s niet eerlijk, o nee’. Het Calimerocomplex drong door tot de Nederlandse taal. Wikipedia omschrijft het complex als volgt: ‘Het gevoel tekortgedaan of niet serieus te worden genomen.’ De uitspraak van Kersten is om twee redenen verongelijkt. In de eerste plaats is medisch onderzoek vaak relevant voor verpleegkundigen. De veelheid aan specialistisch onderzoek doet verpleegkundigen niet tekort. In de tweede plaats gaat de vergelijking tussen het medische en verpleegkundige onderzoek mank. Er is bijvoorbeeld eindeloos veel onderzoek naar celdeling nodig om de behandeling door oncologen te verbeteren. De oncologieverpleegkundige houdt zich bezig met minder gedetailleerde problemen, zoals kwaliteit van leven, zingeving en verpleegkundige handelen. De beroepsvereniging van verpleegkundigen zou niet geschrokken moeten constateren, dat zij minder onderzoeksdata heeft dan medici. Het echte probleem is dat er kennishiaten bestaan voor verpleegkundigen die nodig opgelost moeten worden, zodat de verpleegkundige zorg aan kwaliteit kan winnen. Dus is het fijn dat het wetenschappelijk college er komt. Toch moet ik weer aan Calimero denken, als ik kijk naar de samenstelling van het college. V&VN heeft ervoor gekozen alleen hoogleraren Verpleegkunde te selecteren. Op zich krijg je op deze manier dertien toppers bij elkaar die inhoudelijk veel te vertellen hebben. Maar hoe kom je op het idee dat wetenschappers pas meetellen en keuzes mogen maken als zij een hoge positie hebben aan een universiteit, het opleidingsinstituut van artsen? Verpleegkundigen en verzorgenden worden in Nederland opgeleid binnen het beroepsonderwijs. Daarbinnen is de laatste vijftien jaar veel meer aandacht gekomen voor het uitvoeren van wetenschappelijk onderzoek. De V&VN gaat hieraan voorbij in haar behoefte om mee te doen met de specialisten. Al moet ik erbij zeggen dat de geselecteerde universitaire verplegingswetenschappers soms een dubbelfunctie hebben en bijvoorbeeld deeltijd in het hbo werken. De keuze voor een universitair wetenschappelijk college van de V&VN is net zo bijzonder als een geneeskundig adviescollege dat louter bestaat uit lectoren van de academies gezondheidszorg uit het hoger beroepsonderwijs. Ik roep de V&VN daarom op het Calimerocomplex te overwinnen. Verpleegkundigen tellen ook mee als ze zich niet optrekken aan de medisch specialisten. Het beroepsonderwijs zit vol met geweldige lectoren en practoren verpleegkunde met kennis van praktijkgericht onderzoek. Zij kunnen ook het draagvlak voor de aanbevelingen van een wetenschappelijk adviescollege vergroten. Het beroepsonderwijs kan bovendien onderzoeksvragen oppakken met de studenten die hun onderzoekend vermogen moeten trainen. En nu ik toch bezig ben: is het handig ook professionals en patiënten te betrekken bij te stellen onderzoeksprioriteiten? Ja, da’s wel zo eerlijk. Ad Bergsma was tot en met eind september 2018 associate lector verpleegkunde bij Saxion. Nu is hij deeltijd hoofddocent en deeltijd freelance onderzoeker, schrijver en spreker.
Dit artikel verschijn binnenkort in TvZ